Vermogen uit uw familiebedrijf overhevelen naar uw privé

Gastblog Bank Van Breda

De meeste familiebedrijven maken gebruik van een vennootschap. Vaak rijst de vraag hoe het vermogen van die vennootschap kan worden overgeheveld naar de privé-eigendom van de vennoten. Hiervoor bestaan er verschillende manieren:

Bezoldiging

Als bedrijfsleider in een vennootschap bepaalt u zelf welke bezoldiging u zichzelf uitkeert. Maar omdat uw bezoldiging ervoor zorgt dat de motor thuis blijft draaien, is uw gewenste levensstandaard het aangewezen vertrekpunt om dit bedrag te berekenen.

Onder deze bezoldiging vallen zowel uw maandelijks loon als eventuele voordelen in natura (voordelen van alle aard) die u van uw vennootschap krijgt of waarover u kan beschikken. Deze voordelen van alle aard omvatten bijvoorbeeld uw wagen of GSM.

Individuele pensioentoezegging (IPT)

Een Individuele Pensioentoezegging (IPT) maakt sparen via de vennootschap mogelijk. Uw vennootschap betaalt jaarlijks een premie die belegd wordt in een risicoloze levensverzekering. Deze bijdrage is fiscaal aftrekbaar voor uw vennootschap indien u binnen de grens blijft van 80% van uw normale maandelijkse bruto bezoldiging. Zo spaart uw vennootschap op deze som de vennootschapsbelasting uit (20 tot 25%).

Bij uw pensioen krijgt u het opgebouwde kapitaal dan privé uitgekeerd, mits een gunstige eindtaxatie. De IPT is bijgevolg een erg interessante manier om geld vanuit de vennootschap over te dragen naar uw privé!

Even opletten: De spelregels rond IPT zijn in 2023 wel wat veranderd. Laat dit dus zeker systematisch herberekenen door een expert ter zake!

Dividenduitkering

Na het betalen van de vennootschapsbelasting kan u de winst als dividend uitkeren aan de aandeelhouders/vennoten of reserveren via de aanleg van een afzonderlijke liquidatiereserve om deze later uit te keren.

Courant dividend

De gerealiseerde winst die uw vennootschap, doorgaans één keer per jaar, aan haar aandeelhouders/vennoten uitkeert, is een dividend. Uw vennootschap is verplicht om hierop 30% roerende voorheffing te betalen. Dit is voor de aandeelhouder of vennoot meteen een bevrijdende eindbelasting. U hoeft deze inkomsten niet meer aan te geven in uw personenbelasting.

VVPR-ter

Een liquidatiereserve (VVPR-ter) is een reserve die vennootschappen kunnen aanleggen gebaseerd op de winst. Op deze liquidatiereserves geldt een bijkomende vennootschapsbelasting van 10% (de zogenaamde anticipatieve heffing).

Na een wachttijd van vijf jaar kan u tegen 5% roerende voorheffing de aangelegde liquidatiereserve uit de vennootschap halen en naar uw privé overhevelen.

Wilt u deze reserve vóór het verloop van vijf jaar uit uw vennootschap halen, dan betaalt u bijkomend 20% roerende voorheffing.

Let wel: deze termijn is niet van toepassing wanneer de vennootschap wordt vereffend.

VVPR-bis

Ook het VVPR-bis stelsel is interessant. (KMO) vennootschappen kunnen dan tegen 15% roerende voorheffing dividenden uitkeren. Ook hier is een wachtperiode van toepassing.

De roerende voorheffing bedraagt:

30% voor de dividenden verleend of toegekend uit de winstverdeling van het boekjaar van de inbreng zelf en uit de winstverdeling van het eerste boekjaar na dat van de inbreng.

20% voor de dividenden verleend of toegekend uit de winstverdeling van het tweede boekjaar na dat van de inbreng.

15%voor de dividenden verleend of toegekend uit de winstverdeling voor het derde boekjaar en volgende na dat van de inbreng.

De keuze tussen de liquidatiereserve (VVPR-ter) of VVPR-bis moet in detail bekeken worden. Niet alle vennootschappen genieten het VVPR-bis stelsel. Zo dient de vennootschap opgericht te zijn of een kapitaalverhoging doorgevoerd te hebben ná 01/07/2013 en zijn o.a. vennootschappen die opgericht werden met een kapitaal in natura en grote ondernemingen uitgesloten.

Zin in meer info over de fiscale troeven van uw vennootschap?

Download hier onze whitepaper!

- 30/01/2024

Terug naar het overzicht

Opvolgersscan

Als eigenaar/bedrijfsleider van je familiebedrijf heb je wellicht het liefst dat één of meerdere kinderen op een bepaald moment het roer overnemen.

Maar hoe bepaal je als ouders objectief of je kinderen hiervoor aangewezen zijn? Patrick De Schutter ontwierp hiervoor de Opvolgersscan.

Een niet-familiale CEO: zes aandachtspunten

Samenwerken met een niet-familiale CEO loopt niet steeds van een leien dakje.

Jozef Lievens stipt 6 factoren aan die het aantrekken van en de samenwerking met een externe CEO kunnen maken of kraken.

Meer weten?

Vier soorten governance in het familiebedrijf

Er wordt vaak beweerd dat governance in familiebedrijven complexer is dan in niet-familiebedrijven. Dat is ongetwijfeld juist. De oorzaak hiervoor is te vinden in het feit dat een familiebedrijf bestaat uit een aantal componenten die elk een aparte soort governance vereisen.

Volgens Jozef Lievens zijn er vier soorten governance vereist :

  • ownership governance
  • business governance
  • family governance
  • wealth governance
Lees meer

Raad van bestuur of raad van advies

Veel familiale ondernemers stellen zich de vraag of ze beter met een echte raad van bestuur of met een raad van advies van start gaan. Volgens Sofie Lerut hebben beide pistes zekere voordelen, maar er zijn belangrijke verschillen.

Lees meer