Zin of onzin van Family Offices?

Patrick De Schutter

Enkele weken geleden organiseerden we met Het Familiebedrijf opnieuw een zeer succesvolle studiedag over een thema waar momenteel veel interesse voor bestaat bij een aantal eigenaarsfamilies, namelijk de Family Office.

De interesse wordt natuurlijk ook gewekt door het feit dat velen niet helemaal goed weten wat zo een Family Office nu eigenlijk is of niet en wat het doet of niet, dus dat was al een belangrijke taak van de organisatoren om de demystificatie van het thema te verzekeren, wat zoals steeds op uitstekende wijze gebeurde door de collega’s Laura Lannoo en Jozef Lievens.

Nadien volgde een al even interessant gedeelte waar Koen Steeland van Moore op overzichtelijke wijze een verkenning deed van waarin je met zo een Family Office nu eigenlijk kan investeren.

Onlangs had ik een werkvergadering met enkele leden van de eigenaarsfamilie van een zeer mooi en redelijk groot familiebedrijf, waar het thema van de Family Office ook ter sprake kwam.

En laat dat nu het aanknopingspunt zijn met onze eerder vermelde studiedag, want ik merk toch wel dat veel eigenaarsfamilies worstelen met de vraag of ze al dan niet met zo een Family Office moeten starten en welke lading de vlag van de Family Office wel dan niet dekt. Is een Family Office een alternatieve benaming voor een familiale holding? Alles hangt af van waar je het vehikel gaat voor gebruiken en hoe je er een zinvolle invulling gaat aan geven.

Bij veel families wordt nog teruggegrepen naar de klassieke beproefde systemen waarbij een bepaald deel van het gezamenlijk gehouden familievermogen belegd wordt in een combinatie van een aantal roerende en een aantal onroerende activa volgens een bepaalde verdeelsleutel. Bij de roerende activa gaat het dan dikwijls over een combinatie van beursgenoteerde aandelen, al dan niet via bepaalde fondsen met obligaties en termijnrekeningen. Sommigen hebben hun watervrees al overwonnen en investeren ook in Private Equity, wat natuurlijk een heel andere tak van sport is en waarbij je heel goed moet weten dat het liquiditeitskarakter daarvan toch van een geheel andere orde is dan bijvoorbeeld bij fondsen en beursgenoteerde aandelen.

In dat opzicht was het tweede gedeelte van onze studiedag zeer verhelderend, want daar kwamen respectievelijk David Vlerick en Joris Claeys elk een zeer interessante uiteenzetting geven over respectievelijk Venture Capital dakfondsen en Private Debt als roerende beleggingsalternatieven.
We merkten dat dit voor veel van de aanwezigen een eye-opener was en dat dit toch heel wat interesse getriggerd heeft.

Zo kwam dit ook op tafel tijdens het gesprek dat ik voerde met de eerder vermelde eigenaarsfamilie.

En alles kwam terug bij de centrale kernvraag: willen wij wel samen blijven investeren als eigenaarsfamilie? Zoja, met welk deel van ons totale vermogen? Voor welke termijn? Met welke objectieven? Wat streven wij na als rendement? Gemeten over welke termijn? Zijn wij daaromtrent gealigneerd als eigenaars of niet? Veel hangt uiteraard af van de leeftijd van alle betrokkenen, of zij al dan niet nakomelingen hebben en in welke leeftijdscategorie zij zich bevinden, of zij financieel voldoende geletterd zijn enz. Dat zijn allemaal aspecten die moeten worden bekeken vooraleer de beslissing kan worden genomen om al dan niet met een Family Office te starten, nog lang vooraleer je gaat bekijken en beslissen in welke activa je de middelen gaat investeren en met welke tijdshorizon. Moeten er periodieke tussentijdse uitstapmogelijkheden worden voorzien en hoe ga je dat regelen? Wat ga je doen wanneer je voor de langere termijn co-investeert en er gebeurt iets onherroepelijks met een of meerdere van de co-investeerders binnen de familie?

Onnodig te zeggen dat dit allemaal best goed doordacht wordt vooraleer de stap gezet wordt naar de oprichting van een vehikel zoals een Family Office.
Maar dat deze een belangrijk instrument kan zijn in het beheren en uitbouwen van het familievermogen voor de langere termijn en over generaties heen is op deze studiedag heel duidelijk gebleken, met dank aan beide schitterende en verhelderende getuigenissen!

Patrick De Schutter
Mede-oprichter en co-gedelegeerd-bestuurder
Het Familiebedrijf

13/05/2025

Terug naar het overzicht

Opvolgersscan

Als eigenaar/bedrijfsleider van je familiebedrijf heb je wellicht het liefst dat één of meerdere kinderen op een bepaald moment het roer overnemen.

Maar hoe bepaal je als ouders objectief of je kinderen hiervoor aangewezen zijn? Patrick De Schutter ontwierp hiervoor de Opvolgersscan.

Een niet-familiale CEO: zes aandachtspunten

Samenwerken met een niet-familiale CEO loopt niet steeds van een leien dakje.

Jozef Lievens stipt 6 factoren aan die het aantrekken van en de samenwerking met een externe CEO kunnen maken of kraken.

Meer weten?

Vier soorten governance in het familiebedrijf

Er wordt vaak beweerd dat governance in familiebedrijven complexer is dan in niet-familiebedrijven. Dat is ongetwijfeld juist. De oorzaak hiervoor is te vinden in het feit dat een familiebedrijf bestaat uit een aantal componenten die elk een aparte soort governance vereisen.

Volgens Jozef Lievens zijn er vier soorten governance vereist :

  • ownership governance
  • business governance
  • family governance
  • wealth governance
Lees meer

Raad van bestuur of raad van advies

Veel familiale ondernemers stellen zich de vraag of ze beter met een echte raad van bestuur of met een raad van advies van start gaan. Volgens Sofie Lerut hebben beide pistes zekere voordelen, maar er zijn belangrijke verschillen.

Lees meer