Familiebedrijven : voortrekkers inzake vrouwelijke leiding
Steeds meer leidinggevende functies in het bedrijfsleven worden door een vrouw bekleed. Onderzoek wijst uit dat familiebedrijven op dat vlak de toon zetten. Voor Sofie Lerut, experte van het Instituut voor het Familiebedrijf, is dat geen verrassing: “Familiebedrijven vormen met hun langetermijnfocus een omgeving waarin vrouwen goed gedijen. Bovendien brengt ook de familiale overdracht steeds meer jonge vrouwen in leidinggevende posities.”
Er wordt nog altijd gesproken over een glazen plafond voor vrouwen, ook in het bedrijfsleven. Maar stilaan zien we meer en meer vrouwelijke CEO’s en bestuurders. Een evolutie die zich in familiebedrijven sterker doorzet dan in niet-familiebedrijven. “We zien dat ook bij het Instituut voor het Familiebedrijf”, vertelt Sofie Lerut. “Als ik kijk naar de Opvolgersacademie, het programma waarin we opvolgers uit familiebedrijven vormen en begeleiden, dan hadden we in meest recente editie bijna de helft vrouwelijke deelnemers. En in de opleiding ‘Bestuurder in het familiebedrijf’ tellen we ongeveer één derde vrouwen.”
Voor beursgenoteerde bedrijven heeft de Belgische wetgever al regels omtrent genderdiversiteit voorzien in het Wetboek van vennootschappen. En ook op Europees vlak zijn er initiatieven in die zin. Sofie Lerut: “De Europese beleidsmakers beklemtonen terecht dat Europa een hoog aantal hoogopgeleide vrouwen kent en maximaal moet inzetten op een efficiëntere benutting van menselijk kapitaal. Voor onze kenniseconomie en de broodnodige innovatie moet men alle beschikbare kennis, talent en deskundigheid optimaal benutten.”
Meer langetermijnperspectief
De IFB-experte verwijst ook naar een interessant onderzoek van Hudson: “De HR-dienstverlener heeft onderzoek gevoerd naar hoe vrouwen en mannen in leidinggevende functies verschillen. Daarin stellen we vast dat vrouwelijke bedrijfsleiders een aantal karakteristieken vertonen die aansluiten bij wat typisch als ‘mannelijk’ wordt beschouwd. Ze durven zeggen waar het op staat en zijn niet bang om te beslissen, bijvoorbeeld.”
“Maar wat ook blijkt uit deze studie is dat ze een meer democratische, participatieve leiderschapsstijl hanteren, meer open lijken te staan voor verandering, meer aandacht hebben voor open communicatie en ook met meer afstand en vanuit een langetermijnperspectief naar de zaken durven kijken”, licht Sofie Lerut toe. “Vandaar ook dat vrouwen erg goed gedijen in de cultuur van familiale ondernemingen. Die worden immers gekenmerkt door hun langetermijnvisie en hun korte lijnen tussen bedrijfsleiding en medewerkers.”
Boegbeelden effenen het pad
Dat vrouwelijke CEO’s, bestuurders en voorzitters steeds meer aandacht krijgen – ook in de media – vormt bovendien een hefboom. “Het is goed dat er boegbeelden zijn zoals Michèle Sioen bijvoorbeeld, CEO van familiebedrijf Sioen Industries maar de afgelopen drie jaar ook voorzitter van het VBO en dus heel vaak in de media. We weten immers dat vrouwen die als rolmodel naar voor komen, het pad effenen.”
Bovendien speelt de generatiewissel in familiebedrijven ook een belangrijke rol. “We staan voor de wissel van de wacht in duizenden familiale ondernemingen waar de huidige generatie van babyboom bedrijfsleiders stilaan met pensioen gaat. Vroeger was het in vele gevallen zo dat de oudste zoon dan automatisch de nieuwe bedrijfsleider werd. Vandaag zien we op dat vlak toch dat andere selectiecriteria de bovenhand halen: competenties, ervaring en de zin om in de voetsporen te treden. Ook daardoor krijgen dochters nu veel meer kansen op leidinggevende functies in het familiebedrijf”, stelt Sofie Lerut.
Ze verwijst tot slot ook nog naar een doorslaggevend argument dat door de Europese beleidsmakers wordt aangehaald: “Er zijn tal van onderzoeken die duidelijk wijzen op een positief verband tussen meer vrouwen in de bedrijfsleiding en goede financiële resultaten. Kortom: diversiteit is een échte meerwaarde!”
Wil u nog meer weten over het onderzoek naar vrouwen in leidinggevende functies, klik dan hier